Zou jij een goede leider zijn?
Op basis van mijn ervaring heb ik een checklist opgemaakt om te peilen of iemand – jij bijvoorbeeld – een goede leider is of zou kunnen worden.
De vragen, per thema, zijn opgesteld in de vorm van “is hij/zij (eerder) A-gericht of (eerder) B-gericht”. Hoe meer A’s iemand scoort, hoe groter de kans dat zij/hij een gerespecteerde leider kan worden… (vanaf nu beperkt ik me tot ‘hij’ in plaats van ‘zij/hij’ voor het gemak).
Het blijft uiteraard altijd een beoordeling, en geen exacte wetenschap.
Bezielende kracht.
Kan hij enthousiasmeren of is het eerder dwingen en bevelen? Is hij eerder een gids of eerder een ‘baas’ of ‘voogd? Boeit hij door zijn gezag of ketent hij door zijn macht? Vertrouwt hij mensen of wantrouwt hij ze eerder? Ziet hij eerder het goede in de mensen of eerder het minder goede? Geeft hij jou een gevoel van ruimte en vrijheid of eerder een ‘geketend’ gevoel van binnen de lijntjes te moeten kleuren? Aanvaardt hij mensen zoals ze zijn of is hij eerder wat paternalistisch?
Goede leiders bezitten de gave anderen zodanig te begeesteren dat deze zichzelf motiveren. Ze werken zonder dwang, zonder verboden, geboden en dictaten, enz… Ze gidsen mensen in plaats van ze te “bevelen’. Ze boeien zonder te ketenen!
Resultaatgerichtheid.
Is hij een oplosser of een opklopper? Maakt hij de dingen eerder makkelijker, of eerder moeilijker? Is hij eerder een compromismaker dan wel een scherpslijter? Toont hij begrip voor andere meningen of eerder afkeer? Is hij een bruggenbouwer of eerder een murenbouwer?
Resultaten halen, liefst op lange termijn, is uiteraard de opdracht van iedere leider. Want je kunt nog zo goed zijn als je denkt, zonder concrete resultaten is het steriel. En resultaten halen kan je echt niet alleen. Je hebt de anderen nodig, medewerkers maar ook tegenwerkers. Zij zijn altijd een inspirerende kracht. En oplossingen zijn pas echt goed als ze goed voor en gedragen zijn door iedereen.
Generositeit.
Is hij eerder onbaatzuchtig dan wel hebzuchtig, egoïstisch? Denkt hij eerder in termen van het belang van anderen, het algemeen belang of is het eerder iemand van ‘ik en mijn clan eerst’? Bezit hij de deugd van de dankbaarheid of vindt hij de inzet van anderen maar vanzelfsprekend? Hecht hij meer belang aan welzijn dan aan welvaart?
Men spreekt terecht van leidinggeven. Zichzelf geven voor anderen zonder voorbehoud is de sleutel tot vertrouwen en respect, zo broodnodig voor succesvol leiderschap.
De kunst om te gaan met diversiteit.
Houdt hij van diversiteit, of schuwt hij ze eerder? Zoek hij andersdenkenden op of verblijft hij liever in de galmkamer van gelijkgezinden? Houdt hij van vreemdgaan of is hij eerder mono(g)(m)aan? Opent hij deuren of sluit hij ze voor anderszijnden, andersdenkenden, anderslullenden, vreemdelingen, andere culturen, enz? Is hij een verzoener van tegenstellingen of een zoener van egelstellingen? Houdt hij van medewerking of eerder van obstructie? Verenigt hij, of verdeelt hij?
Velen beschouwen ‘verschillen’ als bedreigend, maar het tegendeel is waar. De synthese van verschillen is en blijft de grootste bron van vooruitgang en rijkdom in de wereld, zowel materieel als geestelijk. Hoe diverser een groep, hoe meer leven in de brouwerij en hoe groter de kans op succes. Daarom dat echte leiders steeds zullen proberen verschillen te overbruggen en mensen te verenigen. ‘Eendracht maakt macht’ is echt geen loze kreet maar een bewezen feit!
Leiders inspireren verschillende clans en ego’s om samen te werken in plaats van tegen elkaar te werken. Zelfs al zijn we verschillend ‘op papier’, alleen door samen te werken kunnen we het verschil maken.
Ruimdenkendheid.
Houdt hij van verandering, van het nieuwe of heeft hij er eerder angst van? Denkt hij op lange termijn of kijkt hij niet verder dan zijn neus lang is? Is hij eerder een zalm (tegen de stroom in gaan) of een schaapje? Durft hij een rebel te zijn of is hij eerder een gedeisde volger? Is hij kosmopolitisch of eerder parochiaal? Staat hij open voor andere meningen en intellectuele uitdagingen of is hij eerder een voorstander van ‘het oude vertrouwde’? Denkt hij eerder inclusief (iedereen hoort erbij), of eerder exclusief (wij en de anderen)? Beschikt hij over een flinke dosis gezond verstand en overleg of is het eerder een blaffende bully?
Ruimdenkendheid is een belangrijke troef voor een goede kijk op de toekomst, nieuwe ideeën en vooruitgang, dingen die men toch verwacht van leiders.
Communicatievaardig.
Verstaat hij de kunst van het begrijpend luisteren zonder vooroordelen of is hij eerder een vooringenomen hardhorige? Leidt hij met feiten en argumenten of misleidt hij eerder met loze beweringen en kreten? Kan hij complexe dingen beknopt, duidelijk en eenvoudig uitleggen of overdondert hij liever met details? Ziet hij het bos door de bomen of enkel de bomen? Is hij een inspirerende, boeiende spreker of een eerder een droogstoppel? Is zijn kritiek opbouwend of eerder afbrekend? Maakt hij gebruik van metaforen en voorbeelden of beschrijft hij alles in detail? Gebruikt hij ‘powerpoints’ als illustratie van zijn betoog of eerder als autocue?
Leiderschap staat of valt met een goede communicatie.
Omgang en uitstraling.
Straalt hij eerder dynamisme en enthousiasme uit, of eerder berusting, gelatenheid? Is hij eerder vlot in de omgang of eerder stroef? Is het eerder een lachebek of eerder een zuurmuil? Kan hij relativeren of is hij eerder streng rechtlijnig? Maakt hij van een mug een mug of een olifant? Loopt hij rond met een mond vol kwinkslagen of staat hij eerder stil met een mond vol tanden? Is hij ad rem of eerder een rem? Probeert hij eerder te begrijpen dan te veroordelen? Bouwt hij liever op of breekt hij liever af? Is het eerder een verzoener dan een ruziestoker? Is hij een schouderklopper of eerder een vingerwijzer?
Een vlotte omgang is voor een leider wat soepelheid is voor een topturnster.
Eerlijkheid en integriteit.
Houdt hij passioneel van de mensenrechten of beperkt hij zich eerder tot wat lippendienst? Bejegent hij iedereen, wie dat ook moge zijn, op dezelfde voet of hebben zijn vriendjes een voetje voor? Ieder gelijk of mijn vriendjes eerst? Spreek hij met een enkele of dubbele tong? Heeft hij last van schuldgevoelens of gaat hij eerder over lijken? Wil hij leiden zonder te misleiden of heiligt het doel alle middelen? Neemt hij zijn verantwoordelijkheid in goede en slechte dagen, of enkel in goede? Durft hij zijn fouten te erkennen of gaat hij eerder op zoek naar zondebokken? Durft hij toegeven dat hij iets niet weet of heeft hij op alles antwoorden?
Eerlijkheid en integriteit zijn cruciaal als een leider gezag en geloofwaardigheid wil kweken.
Moed en volharding.
Is het een kordate beslisser of eerder een twijfelaar? Durft hij onpopulaire beslissingen nemen of is hij eerder een zachte heelmeester (met stinkende wonden als gevolg)? Wat zou hij doen bij belangenconflicten: gaan voor het algemeen belang of eerder voor andere belangen? Durft hij in de vuurlinie staan of zoekt hij snel beschutting? Neemt hij zijn verantwoordelijkheid of ontvlucht hij ze?
Moed en volharding zijn essentieel. Als het nodig is moet een leider zonder vrees als een rots in de branding blijven staan.
Bescheidenheid.
Gedraagt hij zich als een gelijke of eerder als je meerdere? Houdt hij meer van prijzen dan van kleineren? Laat hij bij successen de schijnwerpers liever richten op de anderen dan op zichzelf? Staat hij liever op de achtergrond of op de voorgrond?
Zoals in een eerder artikel aangehaald, hij die verlicht staat in de schaduw!
Wie zou ik vertrouwen?
Weet niet of deze lijst volledig is, maar weet wel dat ik iemand met vele A’s eerder zal vertrouwen dat iemand met vele B’s. Veel A’s is wat leiders boven ‘bazen’, managers en stamhoofden doet steken.
Wie zou jij meer vertrouwen als leider: Obama of Trump?
« Loop niet achter de massa aan; laat de massa achter jou aanlopen.”
Margaret Thatcher. (1925 – 2013)
#Leadership