Onlangs las ik het interessante boek ‘Limitarisme’ van de politieke filosofe Ingrid Robeyns.
In dat boek pleit ze voor een plafond aan rijkdom. Volgens haar ‘verdient niemand het om meer dan tien miljoen te bezitten’. Meer is moreel gezien niet te verantwoorden.
Vanaf wanneer ben je echt rijk?
Hoe warmpjes ’in centen’ moet iemand zitten om rijk te zijn? Dat is een vraag waar filosofen, economen en anderen al eeuwen over nadenken.
Volgens een recent artikel in De Standaard behoor je in België tot de rijkste 5 procent vanaf een netto gezinsvermogen van 1,3 miljoen euro en een netto maandelijks gezinsinkomen van meer dan 11.000 euro.
Qua vermogen lijkt dit weinig. Maar het gaat om schattingen vermits ons landje, als een van de weinigen, nog steeds geen vermogens databank heeft. Dus niemand kent het vermogen van de echt rijke mensen…. Zij houden het immers liever bij ‘pour vivre heureux, vivons cachés.’
Kun je te rijk zijn?
Volgens Ingrid verdient niemand het om meer dan 10 miljoen euro te bezitten.
In haar boek legt ze op scherpzinnige en prima beargumenteerde wijze uit waarom rijkdom, en zeker extreme rijkdom moreel niet te verantwoorden is.
Haar voornaamste punten:
- Niemand kan zeggen dat zijn rijkdom alleen zijn verdienste is. Om het even wat, je hebt altijd anderen nodig om iets te bereiken. En je bouwt verder op het verleden. Bovendien spelen toeval en de omstandigheden een heel belangrijke rol;
- Heel wat van de rijkdom is gewoon geërfd. Is dit jouw verdienste?;
- Heel wat van de rijkdom is ’besmet door misdaad, machtsmisbruik of fraude’. Bijvoorbeeld als gevolg van zelf bepaalde gunstige belastingtarieven en/of van belastingfraude en -ontwijking. Of te danken aan activiteiten die de medemens uitbuiten.
- Winstmaximalisatie gaat gepaard met enorme planetaire en maatschappelijke schade (cfr klimaatopwarming, milieuschade, uitbuiting, ratraces, enz.). De graaiers van die rijkdom draaien niet op voor die schade, die gewoon afgewenteld wordt op de minder gefortuneerden;
- Rijkdom is macht en die macht wordt aangewend om wetten op maat van de rijken te laten schrijven. Hun motto: winsten belastingvrij privatiseren, verliezen en aangebrachte schade collectiviseren. En alzo de democratie ondermijnen.
Zo zijn de economische machtshebbers er sinds 1985 in geslaagd de vennootschapsbelasting wereldwijd te doen dalen van 49% naar 24%. En de meeste bedrijven betalen slechts een fractie van die 24% door allerlei (on)wettige ontsnappingsroutes en uitzonderingen. Verder sluizen ze hun haast belastingvrije winsten op een fiscaal vriendelijk manier door naar hun aandeelhouders (dividenden) die ook al fiscaal in de watten gelegd worden. En zo neemt de ongelijkheid op een perverse manier toe. Zoals in het Ancien régime, geldt inderdaad ook nu nog ‘ Hoe rijker, hoe minder belastingen’.
Jeff Bezos, een stichtend voorbeeld.
Bezos behoort tot de rijkste miljardairs ter wereld. Hij noch zijn bedrijven (Amazon) betalen haast belastingen. Hij verbiedt vakbonden in zijn bedrijven waar de werkomstandigheden abominabel zijn. Hoe kun je zoiets moreel verantwoorden?
Is rijkdom beperken radicaal?
Dat er vragen rijzen bij de groeiende vermogensconcentratie in de handen van enkele happy few is normaal en ook niet echt nieuw.
Zo pleitte Plato al in zijn boek ‘De wetten’ dat de rijkste burgers niet méér zouden mogen bezitten dan drie à vier keer zoveel als de armste burgers.
En Roosevelt, wellicht de meest invloedrijke president van de VS, zei in 1942 in het Congres: ‘Geen enkele Amerikaan zou een inkomen mogen hebben dat hoger is dan 25.000 dollar’ (plus minus 1 miljoen dollar vandaag). Al wat meer was, wou hij belasten aan 100%!
Obama, de laatste normale president van de VS verklaarde: “Een wereld waarin 1% van de mensheid net zoveel rijkdom heeft als de andere 99 % zal nooit stabiel zijn.”
En zelfs vele rijken vinden dat er iets moet veranderen. Zo schreef MacKenzie Scott, de ex-vrouw van Amazon-topman Jeff Bezos : “Ik twijfel er niet aan dat mijn welvaart van de samenleving komt, en ik zal dan ook teruggeven aan de samenleving tot de koffers leeg zijn.”
Zo zie je maar, zo radicaal zijn de beschouwingen van Ingrid Robeyns niet. Trouwens ooit was het pleitten voor vrouwenstemrecht ook radicaal…
Waarom zulke ongelijkheden?
Het neoliberalisme – ‘greed is good’ – is de oorzaak van de groeiende ongelijkheid en de (onbelaste) accumulatie van rijkdom in de zakken van een paar happy few.
Noam Chomsky, een van de grootste denkers van deze tijd, omschrijft de gevolgen van het neoliberalisme als volgt: ‘Een enorme stijging van sociale en economische ongelijkheid, een opvallende stijging in ernstige ontbering voor de armste landen en volkeren van de wereld, een rampzalig milieu wereldwijd, een wankele globale economie en een ongekende welvarendheid van de rijken.’
Hierna een paar plaatjes die deze zonden illustreren.
1 Ongelijkheid in beeld.
2 Evolutie lonen vs winsten.
3 Een centocratie.
4 Hoe rijker, hoe minder belastingen.
Ethisch niet meer te verantwoorden.
Ben het volledig eens met mevrouw Robeyns dat de hierboven beschreven vaststellingen ethisch niet te verantwoorden zijn, onder geen enkel beding.
Een samenleving waarin enkelen kunnen rentenieren tot de volgende ijstijd en de anderen nog eens niet weten wat ze diezelfde avond zullen kunnen eten, is niet langer verdedigbaar!
Hoe krijg je dit nog uitgelegd?
Ongelijkheid begrenzen en het neoliberalisme aanpakken en omvormen tot een systeem ten dienste van het welzijn van de mensheid is de uitdaging van deze eeuw!
#Equality #Free markets #Good/bad practices #Poverty #Taxes #Wealth
Volgend artikel op 3/05/2024:
Stop ‘hoe rijker, hoe minder belastingen’!